Soms denk ik dat ik in een simulatie leef. Volgens mij heeft de speler vandaag een moeilijke dag. Een andere mogelijkheid is dat het kleine zusje van de speler het spel heeft gestart en de ene na de andere onzinnige, doch creatieve beslissing neemt.
Even geleden vertelde ik al over de verwisselde playlist van de koffiebar en een radiozender in Antwerpen Linkeroever.
Vandaag is het publiek verwisseld. De studenten zijn verdwenen en hebben plaatsgemaakt voor een groep gepensioneerden. Sommigen onder hen zijn redelijk mee met hun tijd en bestellen vlot hun drankje. Anderen hebben het moeilijk en vragen aan de barista of er ook gewone koffie is.
Het spektakel van ouderen die proberen hun weg te vinden in deze hippe koffiebar is tegelijk raar, amusant en aandoenlijk. De ongebruikelijke taferelen doen me beseffen hoe saai en voorspelbaar de normale speler van het simulatiespel is. In vergelijking met hem brengt zijn kleine zusje een rijke, vernieuwende speelstijl met zich mee, vol verrassingen en creativiteit. Ik begin respect te krijgen voor dat kleine zusje. Het gebeurt niet elke week dat je getuige kan zijn van ouderen die proberen om tafeltjes van ongelijke hoogte bij elkaar te schuiven om een grote tafel te maken voor hun ‘gewone’ koffie. Het is de generatie die nog heeft leren rechtzitten op school en in de kerk. Vandaag worden ze door de speelster verplicht plaats te nemen in meubels voor hangjongeren. Enkel vandaag kan je die mensen hier zo oncomfortabel zien genieten.
De hele situatie zet me aan het denken over het dagelijks leven. Hoe vaak geven we alle macht aan onze conservatieve stem? Hoe vaak controleert de ratio onze handelingen? Waarom vinden we het evident dat de weloverwogen beslissing beter is dan de spontane uitbarsting van levensvreugde? Eigenlijk is dat niet evident.
In mijn verbeelding maakt de zus binnenkort van mij een warme en vrolijke non-conformist.
Ik ga alvast dansen in de zon die er nog niet is.